Paco Diedhiou:

Senegal is meer dan alleen sabar  

Paco is een Djola en geboren en getogen in de Casamance, Senegal, waar de tradities nog sterk aanwezig zijn. Ik vroeg hem waarom hij muzikant is geworden terwijl hij geen griot is. Toen hij zeven jaar werd moest hij besneden worden, hij ging met zijn leeftijdgenoten gedurende een maand naar het heilige bos om ingewijd te worden in alle zeden en gewoonten van de Djola-cultuur. Zij kregen onder andere percussieles, leerden verschillende dansen en liedjes. Daar ontdekte Paco zijn passie voor muziek.

Zijn oudere broers repeteerden thuis hun theaterstukken waarbij hij vaak meedeed. Op latere leeftijd ging hij bij Samba Gueye in de leer, ook geen griot maar wel een zeer inspirerende muzikant, componist, zanger en choreograaf. Zijn ouders waren niet echt blij toen bleek dat zijn passie voor muziek serieus werd. Eigenlijk accepteerde het hele dorp niet dat ‘niet-griots’ professioneel muziek maakten. Zodoende verhuisde Paco met Samba Gueye en groep al snel naar Cap Skirring aan de kust. Zij vormden een groep die muziek en dans van de verschillende bevolkingsgroepen uit de Casamance bracht.
     Zij bespeelden bijvoorbeeld de seourouba-drums, oorspronkelijk van de Mandingue (ook wel Sossé genoemd), maar overgenomen door o.a. de Djola en de Peul. Seourouba komt van het Mandengue-woord Seouba, een plaats waar het gezellig is. De seourouba bestaat uit drie trommels, te weten de solodrum djaliba, de begeleidingsdrum koutirnding en de bas koutirba die elk door een aparte drummer bespeeld worden. Dit in tegenstelling tot de bougerabou (typerend voor de Djola), een set van vier drums die door één drummer worden bespeeld. Zij brachten dansen zoals de lèndjeng, madiba, féré, sipa, bougerabou en king.  

Toeristische trekpleister
‘Waarom de naam Bakine?’, vroeg ik. Daarop vertelde Paco waarom de groep uiteindelijk is vernoemd naar de bekende Djola-geest Bakine. Al snel na hun vestiging als dans- en muziekgroep in Cap Skirring trokken zij veel publiek. Toeristen wilden les hebben, waren nieuwsgierig naar hun cultuur en werden traditiegetrouw uitgenodigd voor het eten. De vele aandacht voor de groep had helaas ook een keerzijde. De toeristenhotels en -bars vonden het niet zo fijn dat de toeristen bij Paco en zijn vrienden rondhingen, in plaats van in de hotelbars en -restaurants te consumeren. Het gevolg was dat zij zo’n twee tot drie dagen per maand in de gevangenis doorbrachten. Op een dag kwam de opa van Paco naar Cap Skirring om tabak te kopen en hoorde dat zijn kleinzoon voor de zoveelste keer was gearresteerd. Hij besloot daar een einde aan te maken en stelde Paco en de rest van de groep voor om Bakine te
 

Paco Dhiediou
Paco Dhiediou

bezoeken. Zo gezegd zo gedaan, zij kregen na het bezoek allemaal een soort van amulet en jawel, sindsdien hebben zij geen gevangenis meer gezien. Vandaar de naam.  

De vleugels uitgeslagen
Zes jaar lang gaven zij dagelijks les aan toeristen van negen tot drie en speelden van vijf tot vaak twaalf uur ’s nachts in hotels om vervolgens om zeven uur ’s ochtends na een frisse duik in de oceaan weer opnieuw te beginnen. Toch wilde Bakine meer dan dat. Tot twee keer toe kregen zij een uitnodiging uit Duitsland en Engeland om een tournee te maken. Maar helaas gaf de Senegalese regering hen geen visa en stuurde het Ballet National in hun plaats naar het buitenland. Uiteindelijk probeerden de leden van Bakine op een andere manier tournees in het buitenland te maken. Zo kreeg Paco de kans om naar Frankrijk te gaan. De overstap van de bush naar Parijs was alleen een beetje groot. Gelukkig had hij ook een visum voor Nederland. Toen hij hartje zomer op het Centraal Station in Amsterdam arriveerde wist hij het: Amsterdam heeft ’t. Hij speelde al snel in Sosoba, de groep van Ponda O’Bryan (Suriname) en in Senemali. Recent speelde hij mee op de cd van Vershki en Koreshki, een Russisch/Mongools/Senegalees ensemble. Sinds 1996 maakt hij deel uit van de percussiegroep Sambala met o.a. Ponda O’Bryan, Delmundo Keïta (Guinée) en Victor Sams (St. Eustatius). Ook speelt Paco mee op een nieuwe single van Glue in the Jelly. Als ik Paco vraag wat zijn grootste droom is antwoordt hij dat hij hoopt dat de muziek en cultuur uit de Casamance bekender zullen worden in Nederland, Senegal is namelijk meer dan alleen sabar. V.B.  

V.B.

Voor Seroubalessen kun je naar Paco komen in studio Aluna (Beijersweg 21 Amsterdam), elke woensdagavond van 19.30- 20.30u. Voor de percussie/dansreis naar de Casamance, bel Paco: 020-6388385.